De zorgverzekeraar

Eline Tuyn is adviserend geneeskundige bij Achmea en bestuurslid van de VAGZ (Vereniging van Adviserend Geneeskundigen werkzaam bij Zorgverzekeraars). Haar collega Barend van Dijk heeft een functie als regiomanager zorginkoop voor Noord-Holland. Samen belichten ze de veranderende rol van de zorgverzekeraar onder invloed van, onder meer, de transities. Daarnaast komt ook de positie van de arts binnen het zorgverzekeringsbedrijf aan bod.

“Zorgverzekeraars krijgen steeds meer verbinding met het publieke domein.
Daardoor wordt het nog belangrijker dat artsen elkaar vinden. Vanuit het ziekenhuis naar de eerste lijn bijvoorbeeld, maar ook van de jeugdgezondheidszorg naar de huisartsen. In die zin lijkt onze organisatie op de zorgpraktijk. Ook wij hadden elkaar als adviserend geneeskundigen niet in beeld. Sinds enige tijd treffen alle dokters die bij Achmea werken elkaar om de twee weken. Dat helpt”, aldus Eline Tuyn.

Binnen zorgverzekeraar Achmea is duidelijk dat verschillende zorgsoorten op een andere manier met elkaar in verbinding komen te staan. Het is belangrijk de ontwikkelingen op de voet te blijven volgen. Voor patiënten/verzekerden is de manier waarop hun zorg gefinancierd wordt niet van belang.
Zij doorlopen een bepaald traject.

Convenanten
Barend van Dijk: “In verschillende regio’s, waaronder grote steden maar bijvoorbeeld ook een gebied als Hardenberg/Ommen, sluit Achmea convenanten met zorgaanbieders, zorgkantoren en gemeenten. De focus ligt in steden als Amsterdam, Utrecht en Rotterdam op mensen met een lage sociaaleconomische
status. We weten dat zich binnen deze groep de grootste gezondheidsproblemen
voordoen. Doel van de convenanten is het verbeteren van de kwaliteit van de zorg, maar ook het efficiënter omgaan met de beschikbare middelen. Vaak richten we ons op een specifieke doelgroep bijvoorbeeld ouderen met dementie.

De convenanten, die eigenlijk een set van afspraken zijn, stellen we regelmatig bij.
De transities bijvoorbeeld maken het nodig dat we reageren op bewegingen van buiten. Meer en meer zie je discussie ontstaan over de vraag wie financieel voordeel heeft van onze gezamenlijke inspanningen. Dat zijn wij natuurlijk niet alleen en bovendien leggen wij ook toe op een deel van onze verzekerden.”

Lees hier het hele artikel.